Dag beste lezers
Hier ben ik terug, met ondertussen één van de laatste
blogberichtjes vanuit Suriname. Wat gaat de tijd snel. Ik heb niet het gevoel
dat ik hier al bijna 3 maand verblijf.
De periode na de paasvakantie was dan ook heel druk voor ons, zo vloog de tijd voorbij. Op de agenda stond er heel wat gepland zoals een bezoek aan de kweekschool (de lerarenopleiding), een bezoek aan O.S. Clevia en natuurlijk ons zorgproject en de vergadering die we hierover moesten geven. Druk, druk, druk!
De periode na de paasvakantie was dan ook heel druk voor ons, zo vloog de tijd voorbij. Op de agenda stond er heel wat gepland zoals een bezoek aan de kweekschool (de lerarenopleiding), een bezoek aan O.S. Clevia en natuurlijk ons zorgproject en de vergadering die we hierover moesten geven. Druk, druk, druk!
Na de paasvakantie gingen we van start met ons zorgproject.
Met de taxi vertrokken we richting Houttuin met onze 11 zorgkoffers. Alle kinderen
en leerkrachten stonden met open ogen te kijken wat we allemaal mee hadden gebracht. We hadden
al onze expertise samen gevoegd en deze zorgkoffers zijn eruit gevloeid. Hier
heb ik de basiscompetentie ‘innovator en
onderzoeker’ vooral ingezet. Ik ben innovatief en onderzoekend aan de slag
gegaan, om deze zorgkoffers te ontwerpen, samen met Sophie. Het was een hele
opdracht om met weinig middelen veel materialen te creëren. Dus vol trots
brachten we de materialen naar de mediatheek om ze daar een plaatsje te geven.
Ook de internationale competentie ‘creativiteit’ heeft bij mij een enorme boost gekregen. Het creatief zoeken naar oplossingen voor het zorgprobleem op school, was een hele uitdaging voor mij. Meestal is er in de Vlaamse scholen al een oplossing en die moet je uitvoeren. Maar hier moest ik starten vanaf nul. We gingen aan de slag met het grootste probleem op school en zochten zelf naar een oplossing waarmee we aan de slag gingen.
Ook de internationale competentie ‘creativiteit’ heeft bij mij een enorme boost gekregen. Het creatief zoeken naar oplossingen voor het zorgprobleem op school, was een hele uitdaging voor mij. Meestal is er in de Vlaamse scholen al een oplossing en die moet je uitvoeren. Maar hier moest ik starten vanaf nul. We gingen aan de slag met het grootste probleem op school en zochten zelf naar een oplossing waarmee we aan de slag gingen.
Het zorgproject was een groot succes, zo denk ik er in ieder geval over. Van de eerste dag dat ik een kleuter bij me nam, kreeg ik een goed
gevoel. Het gevoel dat ik de kinderen echt help en dat ik hen iets bijbreng. Zo
werkte ik ook aan de internationale
competentie ‘zelfvertrouwen hebben’. Ik kreeg heel wat zelfvertrouwen op
het vlak van zorg geven. Ik besefte telkens meer dat ik toch een klein verschil
aan het maken ben.
De kinderen zelf, vonden het een hele belevenis. Ze hadden
nog nooit individuele begeleiding gekregen en zeker niet spelenderwijs. Wanneer ik een klas binnen liep, zag ik alle kinderen hun vinger in de lucht en werd ik
bijna doof van het ik-geroep. De kinderen zien de zorg niet als straf of als
feit dat ze zwakker zijn dan de andere kinderen. Dit is heel groot verschil met
België, vind ik persoonlijk. De kinderen zijn ook heel gemotiveerd. Wanneer ze
extra begeleiding krijgen, doen ze erg hun best. Ik heb al vaak het gevoel
gekregen dat de kinderen gewoon geen zin hebben in de klas en zich daarom niet
inzetten. Wanneer we van hen verwachten dat ze thuis verder oefenen, doen ze
dit dan ook. Iedere ochtend komen ze dit meteen aan ons vertellen. Naast het
feit dat ze zeer gemotiveerd zijn, zijn de kinderen ook snel tevreden. Na
iedere zorgsessie krijgen ze een kleine beloning zoals een sticker,
tekeningetje op hun hand of het spelen van een spelletje. Hiermee krijg je de
lach niet van hun gezicht.
Dit alles ging ook samen met heel wat gevoelens. Ik heb hier
de internationale competentie
‘emotionele stabiliteit’ bijgeschaafd. Vaak was het moeilijk om te
begrijpen hoe sommige kinderen zo achteruit gestoken werden door de leerkrachten.
Sommige kinderen hebben zo’n grote achterstand, dat ik vaak niet vatte hoe dit
eigenlijk mogelijk was. Natuurlijk heb ik ook heel wat momenten van vreugde gehad.
Dit vooral wanneer ik merkte dat een kind iets had bijgeleerd op een speelse
manier en wanneer het kind hier zelf plezier had aan beleefd. Hier putte ik
enorm veel voldoening uit.
Op dinsdag 26 maart werd er hier omtrent een vergadering
gegeven voor alle leerkrachten van O.S.² Houttuin. Charlotte, Delphine, Sophie
en ik werden verantwoordelijk gesteld voor het onderdeel ‘zorg op school’.
Tijdens deze vergadering gaven we de leerkrachten uitleg over het Vlaams
zorgbeleid en de zorgkoffers. Eerst en vooral legden we uit waarom we voor een
zorgproject hadden gekozen op de school. Hier was het dan ook belangrijk dat ik
de internationale competentie
‘multiperspectiviteit’ inzette. Want het was belangrijk dat ik het probleem
vanuit alle standpunten bekeek, dus ook die van de Surinaamse leerkrachten. Het
is nu eenmaal niet mogelijk om in één, twee, drie een zorgplan op te stellen en
in werking te laten treden. Het is belangrijk dat ook de leerkrachten zelf tot
een gepast beleid komen, die voor hen het best werkt.
Daarna gingen we aan de slag met het zorgcontinuüm. Dit werd kort en bondig
uitgelegd om de leerkrachten een idee te geven met welk didactisch model wij in
Vlaanderen aan de slag gaan. Dit was natuurlijk een hele boterham voor hen en
dat begrepen we ook.
Uiteindelijk kregen de leerkrachten uitleg over het verschillend materiaal en
gingen ze hier concreet mee aan de slag, aan de hand van enkele casussen. We
gaven de leerkrachten een tiental minuten om de (kleine) casussen in groep te
analyseren en te bespreken. Daarna mochten de leerkrachten passend materiaal
uitkiezen en mochten ze hun bedenkingen en ideeën presenteren. Hier was ik
aangenaam verrast. Veel leerkrachten leken tijdens de theoretische uitleg wat
afwezig, maar blijkbaar hadden ze de boodschap goed begrepen. Ieder groepje
leerkrachten had het juiste materiaal uitgekozen en kon de casus en de
probleemstelling verwoorden en verklaren. Dit was voor ons een bevestiging dat
de vergadering geslaagd was.
Uit alles wat ik hierboven heb beschreven en ook nog uit tal
van andere momenten tijdens de zorgsessies, kan ik concluderen dat het een
geslaagd zorgproject was. Ik heb zoveel positieve evoluties opgemerkt bij de
kinderen, de leerkrachten als bij mezelf als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen. Ik besef veel meer
dat ik als leerkracht heel wat in handen heb en dat wij, als leerkrachten, de
basis leggen voor het verdere leven van de kinderen.
Hiermee sluit ik dit blogberichtje af en geef ik jullie in
volgend blogberichtje meer informatie over O.S. Clevia en de kweekschool!
Tot binnenkort!
Groetjes uit Paramaribo, Suriname!
Axelle
Axelle